Dossier

Kringlooplandbouw

In 2050 is de wereldbevolking gegroeid tot zo’n 9,5 miljard mensen. Om de aarde niet uit te putten, moeten we anders gaan consumeren en produceren. Met kringlooplandbouw is het mogelijk voldoende voedsel te produceren binnen de grenzen van de planeet.

Efficiënt systeem voor voedselproductie

Ons huidige Nederlandse lineaire landbouwsysteem is erop gericht om binnen de afzonderlijke productieketens zo veel mogelijk voedsel te produceren tegen een zo laag mogelijke belasting van het milieu. Het Nederlandse systeem wordt in de hele wereld geroemd, omdat het bijzonder efficiënt is. Maar nieuwe studies laten zien dat biomassa binnen dit lineaire voedselsysteem niet optimaal wordt benut. Zo gebruiken we bijvoorbeeld granen die door mensen gegeten kunnen worden als diervoer.

Alle biomassa optimaal gebruiken

Kringlooplandbouw draait op het principe dat alle biomassa optimaal gebruikt wordt. De reststromen van de ene keten zijn de grondstoffen voor een andere keten. Zo wordt bijvoorbeeldvoedsel dat wij niet meer eten als diervoer gebruikt. Om tot zo’n circulair landbouwsysteem te komen, hebben we een transitie nodig waarin plantaardige en dierlijke productieketens slim aan elkaar worden geknoopt.

Voorbeelden van kringlooplandbouw

De teelt van gewassen is in de kringlooplandbouw zo ingericht dat mineralen en organisch materiaal niet meer ‘ontsnappen’. Zij worden optimaal benut. Gewassen benutten voedingsstoffen uit de bodem beter dan nu. En mogelijk binden gewassen, bijvoorbeeld aardappel en rijst, straks ook stikstof uit de lucht voor hun voeding. Zoals de vlinderbloemigen nu al doen. Met behulp van precisielandbouw worden voedingsstoffen heel gericht aan de planten gegeven die dat nodig hebben.

Diervoer wordt in de kringlooplandbouw gemaakt van reststromen uit de gewassenteelt en voedingsindustrie. Denk aan de delen van planten die we nu als onbruikbaar beschouwen, zoals stro en loof. Deze worden met behulp van insecten, wormen of paddenstoelen omgezet in voedingsrijke grondstoffen voor diervoer.
Verder grazen runderen en schapen in de kringlooplandbouw van gras en kruiden op grasland dat ongeschikt is voor het telen van voedsel. Zoals in Nederland de veenweidegebieden.

De dieren zetten zo reststromen en gewassen die niet bruikbaar zijn voor onze consumptie om in hoogwaardige eiwitrijke voeding voor mensen: melk, eieren, vlees.
En hun mest vormt een waardevolle bron van organisch materiaal. Daarmee wordt de bodem weer opgeladen en is de cirkel van de kringloop rond.

Duurzaam dieet met dierlijke eiwitten

Dieren zetten reststromen en gewassen die wij niet willen of kunnen eten om in eiwitrijke voeding. Uit voorlopige berekeningen blijkt dat in een circulair voedselsysteem het meest duurzame dieet ongeveer 20 gram dierlijk eiwit per dag bevat.