Nieuws

Handreiking BEX 2025 is gepubliceerd

Gepubliceerd op
8 april 2025

Het ministerie van LVVN heeft de Handreiking Bedrijfsspecifieke Excretie (BEX 2025) vastgesteld. Deze handreiking staat vanaf nu op de website van RVO.nl. Door gebruik te maken van BEX kunnen melkveebedrijven nauwkeurig bepalen hoeveel fosfaat en stikstof zij via de mest produceren (excretie), gebaseerd op bedrijfsspecifieke gegevens.

Met de Handreiking BEX kunnen de melkveehouders de werkelijke excretie van stikstof en fosfaat op hun bedrijf berekenen. Deze berekening kan afwijken van de geldende forfaitaire excretienormen van melkvee uit de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet. Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) houden rekening met de bedrijfsspecifieke excretie bij de uitvoering en controle van de gebruiksnormen, de mestverwerkingsplicht en de verantwoorde groei van de melkveehouderij. De veehouder moet in staat zijn om zijn ingevoerde gegevens te onderbouwen.

Let op: De Handreiking BEX is niet van toepassing op het fosfaatrechtenstelsel.

De BEX 2025 maakt onderdeel uit van de KringloopWijzer, waarmee onder andere de voeropname en de mestproductie berekend worden.

De nieuwe Handreiking BEX 2025 is nu beschikbaar op de website van RVO:

De Handreiking BEX is ook direct te downloaden van de RVO-site via deze link:

De software om de Handreiking BEX toe te passen (excretiewijzer) is te downloaden via deze link:

Belangrijkste aanpassingen

De belangrijkste aanpassingen in de rekenwijze voor 2025 zijn als volgt:

  • Gasvormige stikstofverliezen: Voor de berekening van bruto naar netto excretie wordt rekening gehouden met de gasvormige stikstofverliezen. Deze verliezen nu zijn verhoogd. Deze verliezen worden volledig toegeschreven aan stikstofgas. Dit leidt tot een daling van de netto stikstofexcretie met ruim 3% bij bedrijfssituaties die volledig gebruik maken van drijfmest. Bij vaste mest is de daling in stikstofexcretie groter.
  • Verteringcoëfficiënten voor 6 voederproducten: Voor 6 voederproducten zijn verteringscoëfficiënten ruw eiwit toegevoegd. Dit betreft ontsloten grasvezelkuil, vinasse suikerriet, vetzurendestillaat palmolie, mengsel van natte bijproducten, overige plantaardige schroten en overige co-producten uit de industrie. Dit zorgt ervoor dat de stikstofexcretie beter kan worden ingeschat in rantsoenen die deze voedermiddelen bevatten.
  • In Bijlage 2 ‘Protocol voor bemonstering, partijmeting en analyse’: In deze bijlage zijn enkele aanpassingen en verduidelijkingen doorgevoerd die geen invloed hebben op de berekeningen.